Frieda uit Kessel-Lo won uit meer dan 225.000 berichten en kreeg daarmee de 'Poulidorfiets' van Mathieu van der Poel
Frieda Feyaerts uit Kessel-Lo werd op zondagnamiddag gebeld toen ze met de familie naar de koers aan het kijken was. De beller bleek presentator Karl Vannieuwkerke te zijn om haar te melden dat ze de gelukkige winnaar was van de winactie ‘Merci Poupou’ van 'Vive le vélo' op VRT ten voordele van Kom op tegen Kanker. Straf, want er werden maar liefst 225.798 sms'jes verstuurd.
De fiets is niet zomaar een fiets. Het is namelijk degene waarmee Mathieu van der Poel de negende etappe van de Tour de France in Saint-Léonard-de-Noblat reed. Die etappe stond volledig in het kader van de voormalige Franse wielrenner Raymond Poulidor, tevens Mathieus grootvader, omdat hij daar vroeger woonde met zijn gezin. Daarom werd de winactie vernoemd naar de bijnaam van de renner: ‘Pou Pou’.
“Ik was zondagnamiddag naar de koers aan het kijken met mijn familie toen ik werd gebeld door een anoniem nummer. Ik nam niet op, ik wist natuurlijk toen nog niet dat het Karl Vannieuwkerke was. Vlak daarna kreeg ik opnieuw een oproep binnen, dit keer kon ik het nummer wel zien, dus nam ik op. Een stem vroeg me Met wie spreek ik? en ik zei mijn naam. Daarna zei de stem dus Karl Vannieuwkerke te zijn met de blijde boodschap dat ik de …fiets gewonnen had. Ik was vol ongeloof, ik had deelgenomen aan de actie om Kom op tegen Kanker te steunen, maar nu blijkt het dus dat ik gewonnen ben. Dat is ongelooflijk.”
Frieda deed samen met haar man mee aan de sms-actie, die in totaal goed was voor 225.798 berichten. Elke sms kostte één euro die integraal naar Kom op tegen Kanker ging. “Ik heb spijtig genoeg al enkele familieleden moeten afgeven aan die vreselijke ziekte, dus mijn man en ik twijfelden geen moment toen we van de actie hoorden. Ik stuurde vier sms'jes en mijn man stuurde er drie. Het is onwerkelijk dat we daardoor de fiets van Mathieu van der Poel hebben gewonnen. Die fiets bekijken we als kunst en zal daarom ook op een mooi plaatsje in ons huis staan te pronken. We gaan er zeker niet op fietsen, we bewaren hem voor het nageslacht.”