N-VA Leuven: "Belastingen zijn veel te hoog in onze stad"

Vrouw betaalt 1500 euro voor charcuterie van 15 euro
Bij de start van het nieuwe jaar heeft N-VA de Leuvense lokale belastingen voor 2021 doorgelicht en vergeleken met de lokale belastingen die de overige Vlaamse centrumsteden in 2021 zullen ophalen bij hun inwoners. Wat blijkt? De Leuvense lokale belastingen en retributies zijn met gemiddeld 1.133 euro per inwoner in 2021 niet alleen 10% hoger dan de 1.029 euro per inwoner bij het aantreden van de huidige coalitie in 2019, bovendien staat Leuven hiermee op de op één na hoogste plaats van alle Vlaamse centrumsteden. Enkel Oostende haalt in 2021 met 1.254 euro per inwoner nog meer op bij haar inwoners. Ter vergelijking: in Antwerpen bedraagt dit slechts 792 euro en in Gent 955 euro. Het gemiddelde van alle Vlaamse centrumsteden bedraagt 927 euro per inwoner. N-VA Leuven pleit voor financiële soberheid, het terugdraaien van de verhoging van de onroerende voorheffing en het kwijtschelden van de taksen op ondernemen.

“Als gezin van 4 personen betaal je in 2021 gemiddeld in Leuven 4.532 euro aan lokale belastingen en retributies, terwijl dit in bijvoorbeeld Antwerpen en Gent respectievelijk slechts 3.168 euro en 3.820 euro is", klinkt het bij N-VA Leuven. "Het verschil met de andere Vlaamse centrumsteden is enorm. En daarbij komt bovendien dat de schulden onder dit stadsbestuur ook nog eens exponentieel zullen stijgen van 114 naar 434 miljoen euro tegen 2025. Deze cijfers maken nog maar eens duidelijk wat we eigenlijk al lang wisten: de focus van dit stadsbestuur ligt allesbehalve op financiële soberheid, maar wel op uitgaven en prestigeprojecten. Zeker in een periode van crisis, zoals deze die we nu beleven, is het nochtans nóg meer dan anders van groot belang om zuinig om te springen met het geld van de Leuvenaars. In de plaats van de belastingen te verhogen om prestigeprojecten te financieren, zouden wij liever zien dat het stadsbestuur de schulden laag houdt en de Leuvenaars een financieel duwtje in de rug geeft door onder meer de verhoging van de onroerende voorheffing terug te draaien, de taksen op ondernemen kwijt te schelden en een buffer aan te leggen om financieel klaar te zijn voor de broodnodige economische relance na de coronacrisis.”

Lees meer over