David Nijs heeft buik vol van ondernemen nadat visrestaurant verzegeld werd met politielint: "Ik ben een gebroken man"

15 maart 2023 | 11u15 | Gepost door redactie
David Nijs

Vorige week brachten we het nieuws dat visrestaurant Cocquille & Caviar op de Leuvense Bondgenotenlaan na een jaar de boeken toe moest doen nadat de zaak was verzegeld met een politielint. Ondernemer Nijs moest eerder ook al zijn andere handelszaken frituur Boem Patat, restaurant Perrongeluk en brasserie Den Beiaard sluiten en getuigt nu in HLN over de gang van zaken.

Na dertien jaar lijkt het horecarijk van David Nijs ten einde. “Voor zover ik het heb begrepen, is de verplichte sluiting van mijn visrestaurant het gevolg van inbreuken op de arbeidswetgeving. Op 10 januari is er een zaak voor de rechtbank gekomen en mogelijk is de verzegeling door de politie daar het gevolg van. Ik ben nu samen met mijn advocaat alle feiten op een rij aan het zetten. Heb ik fouten gemaakt? Ja, zeker. Als deze verplichte sluiting het gevolg is van vastgestelde inbreuken uit het verleden, betreur ik dat ten zeerste. Feit is dat mijn zaak niet failliet werd verklaard tot op heden. Soms heb ik wel het gevoel dat er een soort van heksenjacht is georganiseerd. Maar goed, we zullen zien hoe het verhaal definitief eindigt", klinkt het bij Nijs, die toegeeft zijn buik even vol te hebben van ondernemen.

"Als kleine ondernemer ben ik er klaar mee. Veel succes aan de volgende. Je doet je best maar dat blijkt onvoldoende in dit land. Twee dagen na de verplichte sluiting van mijn restaurant was ik alweer aan de slag als barman in een Leuvens café. Niemand zal mij een profiteur van het systeem kunnen noemen. Wat de toekomst brengt, weet ik niet, maar een nieuwe eigen zaak zit er niet meteen in. Ik moet toegeven dat ik mijn hoop in ‘het systeem’ een beetje ben verloren", zegt Nijs.

"Ik ben geen robot. Je mag gerust weten dat ik momenteel een gebroken man ben, want dertien jaar lang gaf ik kleur aan de Leuvense horeca. En wat rest me op het einde van de rit? Niets. Er zijn kwade tongen die beweren dat ik aan mijn horeca-ondernemerschap appartementen heb overgehouden in Zuid-Frankrijk. Dat is echt bullshit. Ik bezit op dit moment niets, en ik ga gewoon werken om de kost te verdienen. Is mijn horeca-ondernemerschap triestig afgelopen? Ja, absoluut. Maar beweren dat ik me persoonlijk heb verrijkt, is absoluut onjuist. Ik heb mijn best gedaan, ook voor het personeel, ondanks de inbreuken op de arbeidswetgeving, die ik overigens niet onder stoelen of banken steek", beweert Nijs.

"Voor corona verliep alles goed. De pandemie zelf overleefde ik als ondernemer ook behoorlijk goed, mede dankzij de steun van de overheid. Op dat moment dacht ik: als het virus weg is, gaat iedereen dubbel zo hard willen genieten van het leven. Ik heb naast brasserie Den Beiaard ook Het Perrongeluk in Heverlee erbij genomen. Ik wou het sociale leven in deelgemeente Heverlee nieuw leven inblazen, maar dat liep niet zoals ik had verwacht. Veel thuiswerk, een andere mentaliteit bij de mensen... Ondertussen bleven de problemen met brouwerij Haacht aanslepen in Den Beiaard. Met restaurant Coquille&Caviar zat ik wel op het goede spoor, dacht ik maar er kwamen personeelsproblemen, net zoals in vele andere horecazaken. Veel personeelsleden waren een andere weg ingeslagen tijdens de coronajaren en ik kon weinig bekwame mensen rekruteren. Ik stond er op een gegeven moment zo goed als alleen voor en dat was geen cadeau voor de administratieve kant van de zaak. ‘Die papieren doe ik morgen wel’, dacht ik te vaak. Ik heb me mispakt toen ik dacht dat alles na de coronaperiode weer goed zou komen. Het idee dat ik als winnaar uit de bus zou komen door te investeren in meerdere zaken bleek niet juist. En ondertussen bleven de brieven liggen en kwamen de interesten. Zo eindig je in de miserie.” Uiteraard had ik mijn personeel op tijd moeten inschrij­ven, maar het is nooit uit kwade wil geweest. Ik heb altijd te goeder trouw gehandeld, maar ik geef toe dat het administra­tie­ve aspect me een beetje boven het hoofd is gegroeid. Maar ik kan nog steeds in de spiegel kijken, want voor het merendeel van mijn personeel ben ik een goede baas geweest. Sommigen heb ik zelfs geld geleend zodat ze een lening voor een huis konden aangaan. Misschien ben ik bij momenten te goed geweest, of te naïef", vindt Nijs, die weliswaar aangeeft dat zijn politieke ambities intact blijven.

“Uiteraard. Ik zal nu veel meer tijd hebben om me op de lokale politiek in Leuven te ‘smijten’ en dat is hard nodig. Het huidige bestuur heeft te weinig oog voor de Leuvenaars. Horeca en handel lijken niet tot de prioriteiten te behoren, of toch niet bij Groen en Vooruit. Coalitiepartner CD&V probeert nog wel iets te bereiken maar ze kunnen niet zwaar genoeg doorwegen in de huidige coalitie. Ik zie Leuven graag en ik zie het leven in Leuven graag. Als ik daar als kleine garnaal in de lokale politiek een bijdrage aan kan leveren, zal ik dat niet nalaten. Wie weet kan Leef Leuven na de volgende verkiezingen wel een aanvulling zijn op een coalitie met andere partijen zoals CD&V, N-VA en Open Vld. Feit is dat we met het huidige, door linkse partijen gedomineerde bestuur gaan eindigen met een stad die langzaam maar zeker sterft, zeker wat horeca en handel betreft. Dus ja, Leef Leuven gaat voluit voor meer leven in Leuven, voor de Leuvenaars maar ook voor de bezoekers", besluit Nijs.

Lees meer over