Niels Boutsen eerste dorpdichter van Bertem
Schrijven kan hij zeker. Het is zijn job. Als beroepsmuzikant schrijft Niels kleinkunstmuziek. Misschien ken je hem beter onder zijn artiestennaam Stoomboot. Met andere woorden, het is een artiest in hart en nieren.
Waarom stelt een muzikant zich kandidaat om dorpsdichter te worden?
“Kleinkunst neigt naar poëzie. Dat wat ik niet kwijt kan in mijn muziek wil ik nu in een gedicht steken. Een gedicht over mijn dorp, want dat is mijn manier om bij te dragen tot de gemeenschap waarin ik woon. Ik ben afkomstig uit Overijse en belandde vijf jaar geleden via Leuven in Korbeek-Dijle. Ik kwam van een stad in een dorp terecht. Dat kende ik niet. In de stad loopt iedereen gewoon naast elkaar door. Nu kwam ik in een warme gemeenschap terecht. Ik vind het belangrijk dat ik een bijdrage lever aan die gemeenschap. Alleen… als muzikant kan ik niet veel. Behalve dan proberen met taal mensen te verbinden en te laten stilstaan bij de schoonheid van ons dorp.”
Hoe zie je je opdracht als dorpsdichter?
“Aan de ene kant zal ik af en toe een concrete opdracht krijgen van het lokaal bestuur. Zo zal ik iets doen bij de opening van de sporthal in september én tijdens de 11 november-herdenking. Maar ik krijg ook de nodige ruimte om eigen ideeën uit te werken. Ik zie poëzie ook heel ruim. Waarom niet iets doen met een podcast of een combinatie met muziek? Het concept zal moeten groeien en wordt wel duidelijk als we ermee bezig zijn.”
Wie wil je bereiken met je gedichten?
“Poëzie is niet voor een bepaalde doelgroep. Het idee dat het voor een bepaald type mens is, vind ik onzin. Ja, je hebt de persoon die dichtbundels leest, maar het is veel breder dan dat. Zo zal poëzie aanwezig zijn bij de opening van de sporthal. Op het eerste zicht lijkt sport weinig te maken te hebben met poëzie, maar dat hoeft niet zo te zijn. Poëzie kan er net voor rust zorgen, de spanning even wegnemen. Ik wil vooral met taal verbinden, mensen even doen stilstaan, ze laten zwelgen in poëzie en zo voor rust zorgen.”
We willen je Niels’ eerste gedicht over Bertem zeker niet onthouden.
Kroonjuweel
een beetje verder raast de snelweg richting Brussel
de toren van de universiteitsbibliotheek
priemt als eerste door de lichte nevel
de poortwachter van deze straffe streek
de drukte duwt zolen zachtjes plankgas
als opgejaagde paarden op het grijze strijdtoneel
ontsnapt niemand aan de roep van hoge dagen
tussen het frisse mos verstopt, het kroonjuweel
in het schitterende licht, tussen struiken, stieren, stromen
dromen mensen van een toekomst in een reservaat van rust
waar mensen waardig ouder worden, nieuwe gezinnen groter worden
vrijheid boven de wolken zweeft en kleine angsten blust
Bertem, Korbeek-Dijle, Leefdaal
samen de perfecte weegschaal
we lachen, spelen, barsten los
doode bemde, bertembos
*Foto: Janne Monard.